De Zee

In de gedachten van mijn horizon
spiegelt zich de diepblauwe zee
inzoomend ontwaart zich langzaam de scheiding schelp
tussen de heldere blauwe lucht
en het azuurblauwe wateroppervlak

Woeste golven beuken tegen de golfbrekers
en spatten tot niets uiteen
aanrollende golven
vormend witte schuimende koppen
en storten zich vol overgave op het vlakke strand
oplossend in witte luchtbellen
de zee en de lucht worden weer één

De opkomende zon weerspiegelt
zich op het wateroppervlak
in haar schittering weerkaatst zij schoonheid
het witte zand wordt gekust
door warme zonnestralen

Lopend langs de branding
bouwen spelende kinderen hun luchtkastelen
een meeuw zweeft over het water
een zacht briesje streelt mijn haren
de zilte geur doordringt mijn ganse wezen

In deze beroering
geef ik vol overgave
mijn gevoelens aan de golven
waarin al mijn herinneringen bruisend uitrollen
mijn gedachten aan de afwaaiende wind
die ze in zachtheid meeneemt
en uitspreidt over de eindeloze watervlakte